Op 23 november 2020 was de zitting bij de Raad van State over het beroep dat SBEZK had ingediend tegen het bestemmingsplan Park Vogelenzang gemeente Bloemendaal. Overigens ligt het park in de dorpskern Bennebroek, aan de Leidsevaart in de hoek met Hillegom en Vogelenzang.
Het was een interessante zitting en we hebben weer veel geleerd. De staatsraad dhr. Verburg deed zijn werk uitmuntend. Toch vinden wij het vreemd dat het rapport van Tauw van juni 2020 wordt geaccepteerd, althans dat was de indruk die wij kregen tijdens de zitting. Ja, het klopt dat partijen tot 10 dagen voor de zitting studies, onderzoeken e.d. mogen inleveren. Dus in die zin begrijpen wij de Raad van State correct. Echter ons bezwaar ziet erop dat het besluit door de gemeenteraad is genomen op basis van verkeerde of ontbrekende informatie. Dat feit kan het rapport van Tauw 2020 niet veranderen. Bovendien bevat het rapport van 2020 veel veronderstellingen en aannames die strijdig zijn met het bestemmingsplan. Stikstofberekeningen die worden uitgevoerd op basis van aannames die niet correct zijn, zouden toch niet de basis moeten kunnen vormen voor de conclusie dat geen schade wordt aangericht aan Natura 2000-gebied. Dat sprake is van incorrectheden is door ons aangevoerd, zie hieronder de tekst van ons betoog gisteren bij aanvang van de zitting. Overigens heeft Tauw noch GGZ inGeest noch de gemeente ons verweer op alle punten bestreden. Over zes weken volgt uitspraak.
Heel bijzonder was het voor ons mee te moeten maken dat een afspraak die werd bereikt tussen GGZ inGeest, de gemeente en SBEZK door de gemeente alsnog werd verworpen. Wij betreuren dat zeer. Wij houden ons liever niet bezig met gerechtelijke procedures en het is ruim tien jaar geleden voor het laatst dat wij bij de Raad van State waren. Dat betrof destijds ons beroep tegen de sloop van een deel van het rijksmonument (de zuidvleugel van het voormalig gesticht Meer en Berg in Bloemendaal en de schoorsteen achter het gesticht). Hieronder vindt u het artikel in het Haarlems Dagblad van 24 november 2020 over de zitting van 23 november 2020. Daaronder het aankondigingsbord dat op het terrein staat van Park Vogelenzang: max 250 woningen. Het bestemmingsplan dat op 12 december 2019 door de raad werd vastgesteld gaat echter uit van 300 ipv 250 woningen maximaal.


Raad van State 23 november 2020 Park Vogelenzang
202001056/1:
Aantekeningen van Stichting Bescherming Erfgoed Zuid-Kennemerland
Niet ter discussie staat dat de raad ter onderbouwing van aan zijn besluit het rapport “Stikstofdepositie Park Vogelenzang Bennebroek”, gedateerd 18 oktober 2019, ten grondslag heeft gelegd. In dat rapport wordt ingegaan op de gevolgen voor het Natura 2000-gebied “Kennemerland-Zuid”. Hierin is vermeld dat de meest nabije stikstofgevoelige habitats zijn gelegen op 1,2 km van Park Vogelenzang in het Natura 2000-gebied “Kennemerland-Zuid”. In dit Natura 2000-gebied is sprake van overschrijding van de kritische depositiewaarde (KDW) van stikstofgevoelige natuur. Figuur 1.1 toont de ligging van het project en het nabijgelegen Natura 2000-gebied.
Ten behoeve van het bestemmingsplan is door de gemeenteraad de referentiesituatie vergeleken met de plansituatie. In de berekeningen is daarbij uitgegaan van een veronderstelde reductie van het gasverbruik van 50% in de plansituatie ten opzichte van de referentiesituatie bij 250 nieuwbouwwoningen. Zie noot 1.
Er is nieuw onderzoeksrapport, gedateerd 3 juni 2020 overgelegd van Tauw, waarin is uitgegaan van 300 woningen. Dat rapport dateert van na het bestreden besluit en ligt derhalve niet aan het bestreden besluit ten grondslag. Het maakt daarvan geen deel uit en doet daardoor niet af aan de conclusie dat ten tijde van het vaststellen van het bestreden besluit niet de zekerheid was verkregen dat het plan de natuurlijke kenmerken van het Natura 2000-gebied niet zal aantasten uitgaande van 250 woningen.
Dan noemen wij nog de volgende bezwaren:
- In het ‘juni 2020 rapport’ van Tauw (blz 15) staat dat vier gebouwen worden gesloopt in de plansituatie, te weten: ‘Dienstencentrum’, ‘Eikendonck’, ‘Westerhout’ en ‘De Linden’, zie blz. 15. In het bestemmingsplan Park Vogelenzang 18 november 2019, hoofdstuk 4 blz. 24 staat:
‘Een belangrijk complex op het terrein is momenteel gebouw Eikendonck. Hier vindt langdurige zorg plaats voor ouderen. Het gebouw voldoet momenteel niet meer aan de eisen van de tijd en zal naar alle waarschijnlijkheid worden afgestoten en gesloopt.’ Naar alle waarschijnlijkheid is geen zekerheid.
- De minister voor Medische Zorg en Sport heeft de opdracht gegeven om opvanglocaties aan te wijzen en gereed te maken voor de opvang van Covid-19 patiënten. De Veiligheidsregio Kennemerland (VRK) heeft de locatie Eikendonck in Bennebroek aangewezen.
- Het gebouw Westerhout wordt door Tauw in het ‘juni 2020 rapport’ genoemd als gebouw dat in de plansituatie wordt gesloopt. Op blz. 44 van het bestemmingsplan, hoofdstuk 5.9.1 Plangebied staat Westerhout als gebouw dat behouden blijft. Westerhout wordt bewoond.
- Dat Westerhout niet wordt gesloopt blijkt uit langdurige verhuur, zie blz. 22 bij het bestemmingsplan hoofdstuk 4, Planbeschrijving.
- Tauw noemt in het ‘juni 2020 rapport’ het gebouw De Linden dat wordt gesloopt. In het bestemmingsplan staat dat het voor de hand ligt om te kijken of het gebouw De Linden blijft voldoen. Dat is iets anders dan sloop.
- Het Herman Harmshofje: daarover schrijft Tauw in het ‘juni 2020 rapport’ dat het hofje wordt getransformeerd ten behoeve van reguliere woningbouw waarbij wordt aangenomen dat deze niet meer op het gasnet zijn aangesloten, zie 6.2 blz. 15. In het bestemmingsplan staat het Herman Harmshofje en de Linden behouden blijven voor zorgfuncties. Het hofje bevat nu 20 zelfstandige zorgwoningen. Dat is iets anders dan transformeren t.b.v. reguliere woningbouw. Zo lang geen sprake is van transformatie, blijft het gasverbruik wat het is. Een aanname is nog geen zekerheid.
- De verkeerssituatie is in de referentiesituatie en in de plansituatie berekend m.i.v. de bestaande situatie waarin het Herman Harmshofje een zorgfunctie heeft. Na transformatie in reguliere woningen verandert het verkeer t.o.v. de referentiesituatie.
- In de rapporten van Tauw van oktober 2019 en juni 2020 worden verschillende emissiefactoren genoemd wat vergelijking onoverzichtelijk en onbegrijpelijk maakt.
- Uit het rapport van Tauw van juni 2020 blijkt dat op voorhand niet is aan te geven wat in de plansituatie de hoeveelheid gasverbruik is van panden die op het gasnet aangesloten blijven. Een deel van de panden valt nu onder leegstandsbeheer. Zoals het hoofdgebouw Park Vogelenzang. Tauw verklaart dat het gasverbruik in de huidige situatie onvergelijkbaar is met de plansituatie maar gaat tegelijkertijd uit van een daling van het gasverbruik t.o.v. de referentiesituatie als gevolg van mogelijke verduurzaming.
- Vervolgens heeft Tauw een “omgekeerde berekeningsroute” toegepast: berekend is hoeveel gas in deze gebouwen mag worden verbruikt zodanig dat er geen significante effecten optreden op Natura 2000 gebied. Dit is niet alleen een berekening die gebaseerd is op ‘wensdenken’, dit is ook niet zo aan de raad gepresenteerd als zijnde een doelredenering.
- Tauw vervolgt in juni 2020 dat als alle bestaande cv-ketels worden vervangen door nieuwe ketels, het gasverbruik iets hoger zou uitkomen dan 241.000 m3 per jaar. Dat is een extra veronderstelling die niet gebaseerd is op een zekerheid.
- De conclusie van Tauw in juni 2020 is dat alleen bij een gasverbruik van minder dan 230.000 m3 kan worden gesteld dat er geen significante effecten optreden voor de natuur. Daarvoor moeten (a) meer panden worden gesloopt, (b) een hofje met 22 woningen worden getransformeerd naar reguliere woningen, (c) moeten monumenten worden verduurzaamd en (d) mogen deze niet meer gas gebruiken dan gewenst, (e) moeten alle Cv-ketels worden vervangen door nieuwe, (f) zal verkeer niet mogen toenemen ondanks dat zorgwoningen reguliere woningen worden en (g) moet een langdurig huurcontract voortijdig worden beëindigd en een belangrijk zorggebouw worden gesloopt. Allemaal veronderstellingen en geen feiten.
- In het bestemmingsplan hoofdstuk 4.4 staat dat de villa’s langs de Rijksstraatweg voor GGZ inGeest geen functie hebben, omdat verbouw naar zelfstandige wooneenheden niet mogelijk is. De woningen zullen als woonhuizen worden verkocht. Het gasverbruik van deze woningen in de plansituatie is niet meegenomen in de berekeningen van Tauw en SBH Sight.
- Goudappel Coffeng gaat voor verkeerssituatie uit van 100 bestaande woningen en 300 nieuwe. In de referentiesituatie is echter sprake van 197 bestaande woningen i.p.v. 100. Zie het rapport 29 november 2016, blz. 11, hoofdstuk 3.1.1.
- Vleermuizen maken gebruik van een netwerk van verblijfplaatsen en wisselen, behalve in de winter, regelmatig van verblijfplaats. Gezien dit mobiele karakter van vleermuizen is vleermuizenonderzoek juridisch gezien slechts voor een bepaalde periode rechtsgeldig. Over het algemeen wordt een geldigheidsduur van drie jaar aangehouden na het eerst uitgevoerde veldonderzoek. Dit houdt in dat het door Ecogroen uitgevoerde onderzoek van september 2016 ten tijde van het besluit niet meer representatief was. Zie het Vleermuisprotocol 2017.
- Tot slot: het bestemmingsplan gaat niet over hoe gebouwen worden verwarmd noch zekerheden of garanties daarover. Het plan voldoet niet aan artikel 2.3 onderdeel 3 van de Wet natuurbescherming nu niet uit een passende beoordeling de zekerheid is verkregen dat het plan, onderscheidenlijk het project, de natuurlijke kenmerken van het gebied niet zal aantasten. Het plan kan daarom niet in stand blijven.
Noot 1: Bij de vaststelling van het Stedenbouwkundig Plan heeft de gemeenteraad bepaald dat het maximumaantal woningen in Park Vogelenzang 250 mag bedragen. Per deelgebied is in de verbeelding een maximum aantal wooneenheden opgenomen: ‘Het totaal aantal woningen wordt echter niet meer dan 250.’
Noot 2: Bouwvlak V, zie blz 22 Bestemmingsplan en de verbeelding, bevat een strategische reserve. Hierin kan ook een deel van de zorg worden ondergebracht. Dit houdt in dat het plan naast 250 woningen ook extra zorggebouwen toelaat waarmee in het rapport van Goudappel Coffeng voor de verkeerssituatie geen rekening is gehouden.